We kwamen gisteren om half vijf aan op de rede van Fort de France. Het anker hield meteen goed. Daarna moest de dinghy gereed gemaakt worden voor gebruik. Voor langere overtochten laten we die leeglopen en binden die tussen de mast en de kuip op een stel speciaal daarvoor gemaakte stangen. Als we dagtrips maken, zullen we de dinghy op het voordek binden, maar dat hebben we tot nu toe nog niet gedaan. Voor een kort stukje langs de lijzijde van het eiland, zoals vandaag, slepen we de dinghy aan een lange lijn. Morgen als we oversteken van Martinique naar Dominica zal dat niet gaan. Het water tussen twee eilanden is dan een soort trechter tussen die eilanden, waardoor de wind behoorlijk kan accelereren en er forse golven kunnen staan. Dan kan de dinghy beter op dek liggen.
Aangekomen in Fort de France moest de dinghy dus klaargemaakt worden voor gebruik. Het oppompen, te water laten en erachter hangen van de motor (een apparaat van 34 kg. Dat doen we met de grootzeilval over een lier.) kost alles bij elkaar een klein uur. Daarna voeren we naar Fort de France, waar het nationale trouwdag was. Er stond een file bruidjes aan de arm van hun nieuwbakken echtgenoten te wachten op een foto opportunity bij het park en het fort. Wij kwamen pas om 6 uur aan de kant, en dan is het hier pikkedonker, zodat we daar geen foto’s van kunnen laten zien, maar de opstopping van trouw limo’s was indrukwekkend. FdF was zelf eigenlijk behoorlijk ongezellig donker, met uitzondering van de typische kerk. Ook een aantal andere monumenten, zoals de bibliotheek, zijn in dezelfde stijl gebouwd aan het einde van de 19e eeuw. Stalen frames met daarin cement. Redelijk zeldzaam om een gebouw te zien met klinknagels erin. De kerk was leuk om te zien. Het had ook wel wat van een theater of een bioscoop, maar dat bedoel ik dan niet denigrerend. Eerder een soort Tuschinkski dan een Cineac zal ik maar zeggen.
Verder nodigde de stad niet uit tot een uitgebreide verkenning, die we tot de volgende ochtend hebben uitgesteld. We zijn gewoon een restaurant ingedoken en hebben daar genoten van de voortreffelijke Franse keuken. Het eiland is ècht Frans, maar dan met een heerlijk Carraïbisch sausje. Vriendelijke mensen, die wel snel overschakelen naar het Engels als ze ons kennelijk onbeholpen frans horen, maar dan vervolgens gezellig lachen als we zeggen dat we liever Frans willen spreken.
We zouden ook nog wat verhalen vertellen die we hebben gehoord van andere deelnemers aan de oversteek. Een horrorstory was de overtocht van de kleinste boot van de vloot met drie jonge mannen aan boord, die, vriende op het land, op zee niet goed met elkaar overweg bleken te kunnen. Eén van hen werd apathisch en wilde niet mee aanpakken en dat leidde tot serieuze spanningen, die af en toe griezelig in de buurt van fysiek geweld dreigden te komen. Dan is 24 dagen erg lang, maar wat waren ze blij dat ze er waren. Jammer dat hun tocht voor altijd door die slechte relatie overschaduwd zzal blijven. Oliver gaat nu weer alleen verder met zijn Carlotta, die weer aan boord is gekomen. Het is een gezellig stel en ze zullen ongetwijfeld erg gaan genieten.
Een heroïsch verhaal is het verhaal van de Mad Fish, Russell en Emma met hun kinderen James en Eton, die samen met een opstapper de overtocht hebben gemaakt. Na twee dagen gaf de automatische piloot de geest. Ze hebben 2 uur op 4 uur af de hele tocht verder met de hand moeten sturen. Bij aankomst waren ze doodmoe, maar extra trots op hun prestatie en dus zeer voldaan. Eton en James vonden het wel prima zo, want zij konden verregaand hun eigen gang gaan, omdat de ouders te moe waren om hen veel in de weg te leggen.
Volgende week hebben we internet en gaan we de foto’s doen. Dan ook nog het verhaal van de Girls for Sail en de Stormvogel.
Recent Comments