Ook gisterenavond lag er weer een windjammer naast ons. De zon kwam nog net op tijd even tussen de buien door om deze foto te maken.
Vandaag was een beetje een mannen uitje, hoewel Hanneke er zeker ook van heeft genoten. We zijn naar het Owls Head Transportation Museum geweest (www.ohtm.org). Op zich al een bezoek waard, maar dit weekend werd daar de Trucks, Tractors & Antique Aeroplane Show gehouden. Het museum laat vooral werkende machinerieën zien en de show is een bijeenkomst van en voor enthousiaste petrol heads.
We dachten dat de elektrische auto iets heel nieuws was, maar kennelijk was de elektrische aandrijving in de eerste dagen van de automobiel populairder dan de benzine motor. Die werd snel betrouwbaarder en een auto met benzine motor was veel goedkoper dan een auto met accu’s, zodat vanaf de periode waaruit deze auto stamde (1913) de elektrisch aangedreven auto snel uit het straatbeeld verdween.
De meeste vliegtuigen uit de eerste dagen van de luchtvaart zijn verdwenen en wat men ziet zijn slechts replica. Meestal zijn ze gecrasht. Deze ornithopter van mijnheer Clark heeft echter nooit gevlogen? Het werkte gewoon niet.
Er zijn op de Show pick ups in alle soorten en maten van voor de eerste wereldoorlog, van het interbellum en naoorlogse modellen. We vinden ze prachtig en zo oer Amerikaans.
Deze A-Ford was totaal en perfect gerestaureerd. In Maine zijn nogal wat bootbouwers, die dit soort klussen met hout relatief eenvoudig vinden.
Met deze pick-up verzorgde gitaarbouwer en handelaar Bourgeois zijn transporten.
De trucks zijn lastig te fotograferen, zeker ook, omdat ze dicht op elkaar staan. Er waren vele tientallen Mack Trucks en ook andere merken waar de echte liefhebbers likkebaardend omheen stonden. Op de show worden ook trucks verhandeld. Een mijnheer kocht er een en reed er ook meteen mee weg. Het was een truck van voor de stuurbekrachtiging. Het leek alsof hij het stuur wel tien keer rond moest draaien om de wielen van links naar rechts te krijgen en dat gaat dan alleen als de truck echt vooruit of achteruit beweegt. Het kostte de man nogal wat tijd en manoeuvreren om zijn nieuwe aanwinst uit het rijtje te krijgen.
En dan komt er toch plotseling iemand die nog muziek in zo’n project ziet. Ze vragen er maar een paar honderd dollar voor en….
…. Om de hoek kun je meteen terecht voor een nieuwe voorkant en stapels oude onderdelen. Hier werd vroeger heel veel gesnuffeld, maar volgens de verkoper/baas gaat zijn handel inmiddels vrijwel geheel via het internet en staat hij hier vooral om koperen toeters en andere sieraden te verkopen.
Hiermee werden hele bomen uit de bossen gezeuld. Nu is een of andere liefhebber bereid om dit apparaat hier naartoe te zeulen om het te laten zien.
“and a hot-rod has to be loud” staat er op de ramen. Het ding ziet er gelikt uit en pa en ma zitten ervoor om te kijken hoe iedereen naar hun kostbaarste bezit kijkt.
Deze mensen sjouwen met deze road train al dit soort evenementen in de States af, zoals wij met Nelly Rose onderweg zijn. De handel speelt slechts een beperkte rol, maar geeft hen kennelijk het idee er echt bij te horen.
It runs like a Deere. Pim had gehoopt wat meer oude tractoren te zien, maar deze John Deere was wel een toppertje. Onmogelijk om met zo’n ding te sturen. Ik kan me voorstellen dat mensen net in die tijd een paard nog makkelijker vonden; makkelijker, maar niet productiever.
Dit is het interieur van een Chevrolet Corvair (niet te verwarren met een Corvette), een poging om een redelijk goedkope compact car te maken in de vijftiger jaren. Er stond, net als bij de VW kever, een motor achter de achteras. De vader van Pim heeft ooit zo’n auto gehad, maar heeft die na luttele maanden weer bij de dealer ingeleverd. Er viel niet mee te rijden. Het was een levensgevaarlijke machine. De eigenaar van deze auto herkende dat verhaal, maar legde uit, dat dit de tweede versie van die mislukking was. Veel veiliger dan de eerste poging, omdat de hele ophanging was aangepast. Het werkte nu veel beter, maar alleen omdat de auto zo lomp hard geveerd was, dat er van comfort niet echt meer sprake was. Deze man herkende het verhaal van Pim’s vader en zei dat hij nooit in een serie 1 Corvair zou willen rijden, maar hij had zich gespecialiseerd in dit buitenbeentje van de Amerikaanse automobiel industrie.
Een Waco waarmee rondvluchten worden uitgevoerd. Er kunnen twee passagiers in de cockpit voor de piloot zitten.
De meeste vliegtuigen uit de eerste jaren van de luchtvaart zijn replica’s, maar deze Fokker is nog oorspronkelijk. De bekleding is er in een grasbrand wel een keer helemaal af gefikt, maar toen zat de motor, een Rolls Royce 12 cylinder, er gelukkig niet in, zodat het toestel gerestaureerd kon worden. De passagiersaccomodatie is een beetje op wensdromen gebaseerd. Het werd vooral voor postvluchten gebruikt.
Alle vliegtuigen die we hier hebben gezien, kwamen op enig moment ook langsvliegen.
Deze was er net op uit geweest.
De oude brandweerauto staat vlakbij de vliegmachines, maar we hebben meer vertrouwen in de kleine poederblussers, die er ook naast staan.
Schieten was een probleem als de propeller voor de piloot zat. Dan moest hij door de propeller schieten en dat leek lang onmogelijk. Het plaatsen van het geschut op of in de vleugels behoorde toen ook nog niet tot de mogelijkheden. Het leek een oplossing om de motor met de propeller achter de piloot te plaatsen om het vliegtuig te duwen in plaats van te trekken. Het werkte, maar het vliegtuig schijnt lastig te vliegen te zijn en de effectiviteit van de propeller, in de vuile wind van alles wat er voor zit, is matig. De oplossing bleek uiteindelijk de gesynchroniseerde mitrailleur te zijn, die wel door de propeller kon schieten zonder de bladen er af te knallen.
Wat je met dit klapperpistool uit kon richten was ook nog dubieus. Vooral ook omdat het vliegtuig zo moeilijk te vliegen was, dat je eigenlijk beide handen nodig had om het in de lucht te houden.
Deze mijnheer in zijn correcte kleding uit de periode, rijbroek en laarzen, inclusief de zijden shawl, kwam net uit de Sopwith Camel gestapt. Hij vertelde Pim van alles over de verschillende vliegtuigen. Het blijkt, dat een aantal vliegtuigen moderne motoren hebben. Niet echter zijn Sopwith! Daar stond noch een originele roterende motor in. Hij draaide voor ons de propeller rond, zodat je kon zien, dat de krukas stil staat en de hele bende cylinders met alle bewegende delen daaromheen met propeller meedraait. Dat concept heeft het niet lang volgehouden. De stermotor (radial engine) die daar wel op lijkt, maar waarbij de cilinders stilstaan en de krukas draait is veel langer gebruikt. Uiteindelijk heeft de lijnmotor de stermotor verdrongen, omdat die betrouwbaarder was, beter te koelen en een kleiner frontaal oppervlak had. In sommige klassiekers die we daar hebben zien staan, staat in plaats van de stermotor of rotatie motor een moderne 4 of 6 cylinder boxermotor. De motoren uit de oorspronkelijke periode zijn echt iets te avontuurlijk in combinatie met de toch al lastig te besturen vliegtuigen.
Recent Comments