Cold in Cuba / Het is koud in Cuba

19 januari 2014 18:09

Cold in Cuba

We’ve left La Havana and the Marina Hemingway and are sailing together with Steve and Sheryl on their Emma Louise on our way to the South Coast of Cuba. We had to say goodbye to Greg and Bev and Michel as well as to all the other familiar faces in the marina. I took my last Spanish lesson from Lazarra, whose picture – I now realise -I forgot to take. I was too busy learning the language and I think it was time well spent. It is fun to see the faces of the people once they realise that you’re prepared to make an effort and to speak their language rather than forcing them to speak a language that is not their mother tongue and with which they only have limited experience. Of course shortly after that, initial joy makes place for a bit of frustration when we all realise how limited the conversation is going to be, just as it would be in English. You can’t have it all.
We had received our Permiso de Salida the previous evening from the dock master of the Marina and slipped our lines shortly after eight and made way to the office of the Guarda Frontera where we moored again only to find their office closed. In many countries you might decide that this was their bad and set off, but that didn’t seem like a good idea. The guys finally showed at nine and first took our passports inside to study them. After that they first went on board of the Emma Louise to discuss the route planning and to inspect the ship. The same then happened to us. All this took a good hour and a half, but the positive side of it was, that they allowed us to spend the night in Baia Honda, 45 miles away and about the only place where we could reasonably expect to arrive before nightfall. Sometimes Baia Honda is off limits and the next stop would be Cayo Leviza, 25 miles further. That place has an approach that I would not even want to attempt after nightfall in my wildest dreams. We are on our way there as I write this, expecting to arrive there mid afternoon, having spent a lovely quiet night on anchor, after a great day’s sailing, in the Enseñada Teresa in Baia Honda.
The reason Baia Honda is off limits much off the time is probably that the station of the Guarda Frontera is not always manned. You are not allowed to go on shore there, but that is a bit irrelevant, because there is nothing apart from the station of the Guarda and a surprising number of ship wrecks. It is however a very nicely sheltered place to spend the night. The holding was good and not long after we had dropped the anchor and I had lit my cigar the man from the Guarda and his assistant, probably some fisherman he had drafted in for the occasion, came rowing out to us and entered our arrival in our Permisa Especial de Navegacion para Embarcaciones de Recreo Extranjeras, a document that we will call a ‘despacho’ from now on. He established that we would like to leave the following morning at eight and promised he would be back on time to clear us for departure.
We slept like a log, although it was bloody cold. Yesterday I actually put on my fleece around mid afternoon and long pants not much later, and that is saying some. Today it is probably going to be a bit better. The wind is lighter and there are no more clouds. Before long we will be moaning about the heat again.
La Havana was a great experience, but this country has much more to offer. It is unlike so many others. There are no houses on the shore except for a few lighthouses. No mansions for the rich. We saw only a few very small fishing boats in the river, coming out off Baia Honda, but we are – together with Emma Louise – alone at sea. There are no lobster pots to look out for, so it is all very relaxed. The gulfstream makes itself really felt strongly though. The depth really increases dramatically close to shore and once it gets deep, you experience a current of up to 2 knots against us on our westward course. If we would go really close in shore, where we could actually benefit from the counter current, but I’m not too keen on that. We are in no hurry anyway and the sun is shining.

Het is koud in Cuba

We hebben Havana en de marina Hemingway verlaten en zijn samen met Steve en Sheryl op hun Emma Louise op weg gegaan naar de zuidkust van Cuba. We moesten afscheid nemen van Bev en Greg, van Michel en van nog een heleboel andere bekende gezichten in de Marina. I had mijn laatste Spaanse les van Lazarra, van wie ik – zo realiseer ik me nu pas – helaas geen foto heb genomen. Ik ben daar niet toe gekomen, omdat we te druk bezig waren met het Spaans en die tijd was goed besteed zo. Het is leuk om de gezichten van mensen te zien op het moment dat zij zich realiseren, dat je bereid bent een inspanning te leveren om hun taal te spreken, in plaats van dat je hen – als gast in hun land – dwingt zich te uiten in een taal, die niet hun eigen taal is en waarmee ze maar heel weinig ervaring hebben. Het duurt natuurlijk nooit lang totdat deze spontane blijdschap verandert in frustratie, omdat we ons allen dan realiseren hoe beperkt de conversatie zal blijven, net zoals dat in het Engels het geval zou zijn. Je kunt niet alles hebben.
We hadden onze Permiso de Salida de voorgaande avond al ontvangen van de havenmeester van de marina, zodat we kort na acht de trossen los konden gooien. We voeren een paar honderd meter naar het kantoor van de Guarda Frontera en legden daar weer aan. Het kantoor was helaas nog gesloten. In veel landen zou je dan overwegen om te zeggen ‘pech gehad’ en er gewoon van door gaan, maar dat leek ons hier geen goed idee. We moeten in iedere haven inklaren en uitklaren en een gemist stempel zou ongetwijfeld tot grote consternatie leiden.
De heren maakten uiteindelijk om negen uur hun opwachting en namen eerst onze paspoorten mee naar binnen om ze te bestuderen. Daarna gingen ze aan boord bij de Emma Louise om de route planning te bestuderen en het schip te inspecteren. Vervolgens waren wij aan de beurt. In totaal kostte dit ruim anderhalf uur, maar het goede nieuws was, dat we in Bahía Honda mochten overnachten. Bahía Honda is 45 mijl varen en de enige plek waar we nu nog redelijkerwijs voor zonsondergang zouden kunnen komen. Bahía Honda is vaak verboden gebied en de volgende stop zou dan Cayo Leviza zijn, zo’n 25 mijl verderop. De route naar de baai daar is echter dusdanig lastig, dat ik er in mijn stoutste dromen niet aan zou denken, om daar na zonsondergang naar binnen te varen. We zijn nu – terwijl ik dit een dag na vertrek uit La Havana zit te schrijven – wel daarnaartoe op weg en verwachten halverwege de middag te arriveren. We zijn weer op weg, nadat we een heerlijke rustige nacht voor anker hebben gelegen in de Enseñada Teresa van Baia Honda, waar we na een prachtige zeildag rond een uur of vijf aankwamen.
Waarschijnlijk is het zo vaak verboden om Baia Honda aan te doen, omdat er geen permanente bemanning is van het kantoor van de Guarda Frontera. Je mag er niet aan land gaan, maar dat is irrelevant, want er is niets. Er liggen een verbazingwekkend groot aantal scheepswrakken en er staat een kantoortje van de Guarda, maar dat is het dan ook. Het is echter wel een hele mooie en goed beschutte plek om een nacht door te brengen.
Het anker hield goed en ik zat net te genieten van mijn sigaar bij aankomst, toen de man van de Guarda met zijn assistent, vermoedelijk een lokale visserman die voor de gelegenheid was ingeschakeld, naar ons toe kwam roeien en onze aankomst optekende in onze Permisa Especial de Navigacion para Embarcaciones de Recreo Extranjeras, een document dat wij voortaan onze ‘despacho’ zullen noemen. Hij stelde vast, dat wij de volgende morgen om 8 uur weer wilden vertrekken en beloofde, dat hij op tijd terug zou zijn om ons weer uit te klaren.
We sliepen voortreffelijk, hoewel het verdomd koud was. Ik had gisteren halverwege de middag al een fleece aangetrokken en niet al te veel later zelfs een lange broek, en dat is echt bij hoge uitzondering. Vandaag word het waarschijnlijk weer beter. Er is minder wind en die is ook oostelijker en de wolken zijn verdwenen. Het zal niet lang duren, voordat we het weer te warm vinden.
La Havana was een geweldige ervaring, maar dit land heeft nog veel meer te bieden. Het is zo anders dan elders. Er staan geen huizen langs de kust op een enkele vuurtoren na. Er staan geen protserige paleizen voor de rijken. We zagen alleen maar een paar hele kleine vissersbootjes in de riviermond van de Baia Honda, maar verder zijn we na een paar uur zeilen, met Emma Louise op de horizon, alleen op zee. Er zijn ook geen kreeftenfuiken, waar we omheen moeten laveren. Het is allemaal erg ontspannen. De golfstroom is wel duidelijk aanwezig. De diepte neemt dicht bij de kust al heel snel toe en als het eenmaal diep is, dan kan de stroom, zelfs redelijk dicht bij de kust tot twee knoop tegen staan, terwijl wij westwaarts varen. Als we echt heel dicht onder de kust zouden kruipen, met minder dan 10 meter diepte, dan zouden we zelfs kunnen profiteren van de tegenstroom. Dat doe je graag als je aan het ijspegelen bent voor Scheveningen, maar hier ben ik er niet dol op. We hebben geen haast en de zon schijnt.