Eenvoudig reizen.

We varen sinds gisterenmorgen op de motor. Tot dat moment was het eenheerlijke zeiltocht, maar toen was de wind echt op. Ik had gehoopt, dat we noordelijk van de convergentie zone konden blijven, zodat we wind zouden houden, maar die hoop bleek ijdel. Het voordeel is, dat de accu’s weer helemaal vol zijn en de watertank ook, maar daarmee houdt de lol van het motoren echt op. Gelukkig is het wel mooi weer. Kennelijk regent het vaak in dit soort zones. De Mare Pacificum doet zijn naam volop eer aan. De oppervlakte van het water ziet er uit alsof er olie op is gegooid. De lange oceaan deining wordt ineens duidelijker zichtbaar en slechts een enkele keer zie je hoe een vleugje wind de oppervlakte breekt. Ik meen mij te herinneren dat dit capillaire golfjes zijn. Heb ik ooit gehoord van een vriendin van John Kalish, ooit uitgever van Pulp en Paper, mijn lijfblad gedurende het grootste deel van mijn werkzame leven. John stak in de zeventiger jaren al meermaals de Atlantische Oceaan over met zijn Dufour 28. Ik hing altijd aan zijn lippen als hij over die reizen vertelde. Hoe hij met zijn bemanning moest toekomen met twee liter water per dag. John mocht een liter meer gebruiken, zodat hij zijn bril zout vrij kon houden. Wat hebben wij het tegenwoordig makkelijk met onze watermaker, ijskast, zonnecellen, sterk verbeterde windvaan stuurinrichting, satelliet telefoon, meteorologische informatie en – vooral niet te vergeten – moderne GPS navigatie mogelijkheden. Nelly Rose is een heerlijk zeilschip, voorzien van al deze gemakken, maar goed kan altijd beter. Zo moeten we toch eigenlijk iedere dag wel een uur, soms twee, de motor laten draaien om voldoende stroom te hebben voor al deze weelde. Omdat we van oost naar west varen, zitten onze zonnepanelen ‘s ochtends tot een uur of tien in de schaduw van de Hydrovane en vanaf een uur of drie in de schaduw van het grootzeil. Als we voor anker liggen hebben we daar geen last van en komen we redelijk toe met onze zonnepanelen. We hebben nooit behoefte gevoeld aan zo’n luidruchtige windgenerator. Je ankert immers sowieso zo beschut mogelijk, zodat die dingen meestal weinig doen. Varend is het echter een ander verhaal. Als ik nog een keer een jacht voor zo’n tocht zou mogen uitrusten zou ik een sleepgenerator willen hebben. Een Watt and Sea zou al onze stroom wensen tijdens het varen in een keer oplossen. Die produceert 24 uur per dag stroom, zo lang je snel genoeg door de wind wordt voort geblazen. Ik denk, dat je dan alleen bij windstiltes de motor nodig zou hebben. Dat lijkt mij een heerlijke gedachte. Daarnaast is er eigenlijk maar een ding waarin ik vind dat Nelly Rose tekort schiet, de capaciteit van de gas bun. We hebben maar twee kleine tankjes, die ons nopen voortduren extreem zuinig te zijn met gas en dan nog hebben we hooguit voor twee maanden gas bij ons. Dat is tot nu toe net voldoende gebleken, maar het is te krap. Verder hebben we van alles genoeg en zijn we niet echt jaloers op cruisers met dieselgeneratoren, wasmachines en allerlei andere luxe artikelen die altijd kapot gaan. We hebben de eenvoudigst denkbare watermaker en ook die bevalt uitstekend. Alle meer sophisticated apparaten leiden tot meer zorgen om ze aan de praat te houden. Oh ja, de reden om dit op te schrijven was eigenlijk om te vertellen hoe relatief eenvoudig dit soort reizen is geworden. Ik kan het iedereen die van zeilen houdt van harte aanbevelen.