Marina Zarpar, DR

20140504-100259.jpg
Vandaag vertrekken we naar St.Croix in de US Virgin Islands. Het wordt weer hakken tegen de wind. We doen nog een laatste bakje koffie op het ruime achterdek van de mijnenveger van Ron en Ben. Hier liggen we op de achtergrond nog aan de mooring, maar vanmiddag moeten we aan de steiger om de instanties aan boord te ontvangen voor het uitklaren uit de Dominicaanse Republiek.

20140504-101128.jpg
Let op de speakers. Ze kunnen veel volume aan.

20140504-101506.jpg
De boot, die als locatie voor een film wordt gebruikt. (Zie een paar blogs geleden voor het verhaal)

20140504-101647.jpg
De actrice zit klaar in haar mooie jurk.

20140504-101823.jpg
Maar dan gaat het niet goed. De boot schaaft langs de kop van de steiger en de verf is er al op sommige plekken vanaf.

20140504-101952.jpg
Er wordt met man en macht geduwd om de schade te beperken.

20140504-102212.jpg
Pim staat klaar om Nelly Rose te beschermen.

20140504-102316.jpg
Het komt goed, maar er is door de hele Latijnse goegemeente wel heel hard en veel geschreeuwd.

20140504-102415.jpg
De herdershond van de douane snuift de hele boot af op zoek naar drugs. Hij kijkt angstig omhoog naar die veel te steile trap en gaat dan met zijn neus plat op de grond liggen in groot protest. De beambte tilt hem naar boven. Zo, eindelijk kunnen we weg.

Comments { 0 }

Boca Chica, Dominicaanse Republiek

20140503-205145.jpg
We vertrekken al bij dageraad naar Boca Chica.

20140503-205300.jpg
Het is Red Right Return en dus laten we de boei aan stuurboord liggen om een smal vaarwater in te gaan. Er zijn grote breakers wegens een ondiepte hier.

20140503-205543.jpg
Blij dat er mensen zijn, die tonnen leggen, want terugkijkend ziet het er spannend uit die breakers.

20140503-210016.jpg
We zijn aangekomen in de Marina Zarpar. We leggen eerst aan om de formaliteiten af te wikkelen en pikken daarna een mooring op. Ankeren mag en kan hier niet, het vaarwater is te ondiep en te druk.
We zijn echt in een andere wereld hier. Rekken 4 hoog vol speedboten.

20140503-210517.jpg
De Marina stelt een pick-up truck met chauffeur ter beschikking voor wie naar de supermarkt een eind verderop wil. Samen met 3 andere cruisers stappen we in. Dit is weer de wereld vol overdaad, dat hebben we lang niet meer zo gezien. Worsten galore.

20140503-211916.jpg
De terugweg wordt geregeld door de supermarkt zelf, als je tenminste genoeg spendeert. Dat lukt wel met alle cruisers samen. Er gaat nog een mevrouw mee die ook wordt thuisgebracht met haar matras, die bovenop de AH-tas ligt.

20140503-212421.jpg
Het werd tijd voor een nieuwe vlag. De oude was volledig verkleurd en bijna doorzichtig geworden. 2 reparaties deden hem ook al geen goed.

20140503-212609.jpg
Dit is de boot van Frank Virgintino. Hij woont hier. Hij is een beroemdheid onder de cruisersgemeenschap, daar hij verschillende Free Cruising Guides heeft geschreven. Zijn boot is goed afgedekt tegen de brandende zon. We gaan hem helaas niet ontmoeten, daar hij met een voedselvergiftiging in het ziekenhuis verblijft.

20140503-212944.jpg
Er ligt ook een oude Nederlandse mijnenveger, de ‘van Straelen’. Gekocht door twee Nederlandse broers, die er allerlei projecten mee willen gaan doen. Zie verhaal van een paar blogs geleden.

20140503-213230.jpg
In het weekend wordt het heel druk met speedboten met harde muziek en waterscooters enz.

20140503-213353.jpg
Ze scheuren met veel bravoure om Nelly Rose heen.

20140503-213456.jpg
Dit is waar de lokalen zwemmen, zoals ze dat hier zeggen.

Comments { 0 }

Isla Beata, Dominican Republic 2

20140428-133807.jpg
Deze prachtige French Angelfish worden hier gewoon gegeten. Deze komen uit een diepvrieskist, waarvan de deksel kapot is. Hij wordt met een oude slaapzak afgedekt en krijgt stroom via zonnepanelen.
20140428-134342.jpg
Alle lege plastic flesjes in een netje en je hebt een boei.
20140502-161350.jpg
Dit is een Amandelboom met vaak prachtige rode bladeren. De vruchten waren rijp en we hebben ze geproefd, maar vonden ze erg bitter. De man die het ons liet zien kon er geen genoeg van krijgen.
20140502-161441.jpg
20140502-161513.jpg
Een van de mannen laat ons vol trots zijn collectie duiven zien.
Raar gezicht op een palmboomtak.
20140502-161728.jpg
Hij haalt een jonge duif uit het nest.
20140503-100841.jpg
Even verderop zit een stel samen te koken. Zij stampt grove zoutkorrels klein.
20140503-154743.jpg
Hij wrijft er vervolgens de vis mee in.
20140503-154857.jpg
Met generatoren worden de diepvrieskisten gevoed. Er is ook een compressor om de duiktanks mee te vullen. Er wordt gedoken naar conch schelpen, in het Spaans ‘lambí’ genaamd.
20140503-154957.jpg
Het leven is goed.
20140503-155033.jpg
Alles wordt gebruikt om de hutten voor de vissers te bouwen. Het kostbaarste onderdeel van zo’n hut is het hangslot. Dat heeft overigens vooral een symbolische betekenis, want het kost niet veel moeite om zo’n hut binnen te komen.
20140503-155202.jpg
Ook tenten doen dienst.

20140503-155308.jpg
Vlinder, die wordt verorberd door een spin.

20140503-155404.jpg
Mooi eiland, waar verder niks is.

Comments { 0 }

Goed op weg!

We zijn inmiddels z’n 70 uur onderweg en Puerto Rico voorbij. Het is
hemelsbreed nog ruim 50 zeemijl naar Christiansted op St. Croix, maar wij
zullen zeker nog de dubbele afstand moeten varen. De eerste dagen vonden we
het best wel zwaar, maar inmiddels zitten we lekker in ons ritme. Het lijkt
erop of de stroming die we langs Puerto Rico en de Dominicaanse republiek
recht tegen hadden, de Caribbean Current, nu inmiddels iets minder venijnig
tegenwerkt. Zeker ook de stroming die tussen die eilanden doorkwam maakte
het leven extra lastig.
We varen rustig aan. De eerste dagen konden we het met een enkel rif doen,
maar we hebben nu, hoewel het niet echt wezenlijk harder waait, het tweede
rif ook gezet. Dat maakt het leven aan boord veel aangenamer, maar het kost
natuurlijk wel wat snelheid, een halve knoop misschien, maar dan sleur je
niet de hele tijd met het gangboord door het water en donder je met minder
geweld door de golven heen. Dat neemt niet weg, dat de hele boot onder de
zoutkristallen zit. Op de een of andere manier vindt een deel daarvan ook
altijd weer zijn weg naar het interieur en zullen we na aankomst behoorlijk
moeten poetsen. Als Nelly Rose overigens de diepe kiel had gehad (30 cm meer
diepgang) en als we vijf goed doorvoede studenten op de rails hadden zitten,
dan zouden we harder kunnen gaan. Dat vond ik vroeger geweldig leuk. Nu
zullen we er gewoon een uur of 15-20 langer over doen. Het weer is stabiel,
we hebben geen haast en we genieten van het op zee zijn. Hoofdzaak is dat we
bij daglicht aankomen. Dat zou net moeten kunnen.
In een rechte lijn is de hele trip 300 mijl en gezien over die rechte lijn
lijkt het alsof we 3 mijl per uur varen. Daar moet je dan de tegenstroom van
0,5-1 knoop nog bij optellen. We gaan dus eigenlijk als de brandweer.
Meestal hebben we ruim 6 knoop op het log staan. De zee is relatief kalm,
alleen komen de golven net niet recht in, zodat we over stuurboord minder
hoog kunnen varen dan over bakboord. Driehonderd mijl in vier dagen; kruisen
hoort toch niet echt bij het leven van de cruiser. Dat was echter het gevolg
van onze expeditie naar westelijke oorden. We moeten gewoon terug naar het
oosten om het ruime- en voor de windse pad naar het westen weer op te kunnen
pakken. Het had ook allemaal anders gekund – velen gaan langs de Midden
Amerikaanse landen -, maar dan zouden we de Grenadines, Trinidad en Tobago,
Los Roques, de ABC eilanden en Colombia over hebben moeten slaan. Dat wilden
we niet laten gebeuren. Een paar dagen kruisen is een lage prijs voor ons
fantastische verblijf van ruim 4 maanden in Cuba, Jamaica en Île à Vache. De
teleurstelling van de D.R. nemen we op de koop toe.
En dan vergeet ik nog bijna te vertellen, dat we eindelijk weer eens bezoek kregen van een gezinnetje dolfijnen, dat met zijn achten om de boot heen kwam dansen. Dat zien we niet genoeg, en daar kunnen w ook nooit genoeg van krijgen.

Comments { 0 }

AND YOU CALL YOURSELF A PROFESSIONAL

Toen we eenmaal besloten om de geneugten van de D.R. verder aan ons voorbij te laten gaan, wilden we ook zo snel mogelijk weg. We moesten de douane 24 uur van te voren waarschuwen en dat betekende, dat we maandag om 16.00 zouden moeten kunnen vertrekken. We bespraken een en ander met haven meester Rigo, die beloofde de autoriteiten tussen 15.00 en 16.00 te bestellen. Dat zou een heel gedoe worden met drugshonden en allerlei ander volk, maar overslaan kun je het niet echt. Als je geen despacho van de vertrekkende haven kunt overleggen bij de volgende haven, krijg je daar problemen en geen beste ontvangst. Anders hadden we het zo gelaten, want terugkomen wilden we niet.
We spraken af, dat we om 14.00 de boot aan de wal zouden leggen, zodat we net nog even konden douchen en de zaken met het havenkantoor konden afwikkelen.
We lieten de dinghy leeglopen en bonden die op het dek en maakten de boot verder helemaal klaar voor vertrek. Het woei best stevig, maar Hanneke en ik legden zonder problemen Nelly Rose aan de steiger, maar daar waren we wel blij mee. We lagen koud aan de kant of er komt een wild gesticulerend mannetje aanlopen, die in het Spaans begint te ratelen. Ik begreep, dat hij wilde dat we daar ogenblikkelijk weer moesten vertrekken, want er zou een filmploeg komen, die juist daar aan het werk zou moeten. Dat begreep ik natuurlijk helemaal niet en ik vroeg hem of hij het hele verhaal ‘despacio’, langzaam, nog een keer uit de doeken wilde doen. Hij vroeg mij echter of ik Frans sprak. Dat verraste mij een beetje dus ik gaf dat toe, maar herstelde me snel en vroeg hem hoe het kwam dat hij Frans sprak. Of hij soms Haïtiaans was. Zijn oogopslag veranderde en hij vertelde dat hij inderdaad uit Haïti, van Île à Vache kwam. Daarmee was het, zover je daar hier in de tropen van spreken kunt, het ijs gebroken. Hanneke kwam er bij en we begonnen omstandig over dat heerlijke eiland te praten. Hij kwam van Madame Bernard en hij had vlak bij Soeur Flora gewoond, zodat we meteen wisten waar.
Dat duurde niet lang, want een opgewonden mevrouw herinnerde hem eraan waarom hij met ons stond te praten. Hij legde dat in het Frans nogmaals uit. Ik vertelde hem, dat het ons bijzonder speet, maar dat wij niet weg konden, omdat we hier een afspraak met de autoriteiten hadden en dat we om vier uur zouden vertrekken. Alles was geregeld met Rigo en daar kon hij wat mij betreft verder verhaal halen. Hij belde Rigo, die spoorslags onze kant opkwam, maar eerst in handen viel van de opgewonden mevrouw. Die ging tegen hem te keer alsof hij een deurmat was, waar ze haar spikes op schoon moest vegen. Bedeesd kwam Rigo naar ons toe en vroeg of we het erg zouden vinden om terug naar de mooring te gaan. Het kantoor had hem vergeten te vertellen, dat de filmploeg vandaag weer zou komen, kennelijk voor het vervolg van eerder begonnen opnames. Dat zou zeker problemen opleveren met onze uitklaring en dus met ons vertrek. Daar hadden we geen zin in. Rigo zat klem tussen de wal en het schip, maar gelukkig besloot de mevrouw zich er nu zelf mee te gaan bemoeien.
Ze kwam op mij af en begon in het Spaans te ratelen, terwijl ze minuten daarvoor nog in uitstekend Engels met een mijnheer van de filmploeg had staan te praten. Ik trok mijn beste verbaasde gezicht en zei ‘No hablo, no comprendo’. Ze slaakte een diepe zucht en stak haar verhaal in het Engels af. Wij moesten weg, want zij moest filmen. Nog beleefd, vroeg ik haar of het hier studio opnamen of locatie opnamen betrof. Ze keek me aan alsof ik van een andere planeet kwam en bevestigde dat het locatie opnamen waren, maar dat het de tweede draaidag was en dat de locatie er weer net zo uit moest zien als de eerste dag. Ik begon nu wat scherper te worden en vroeg haar of zij de locatie dan net zo wilde controleren als de studio? Wat als het weer veranderd was? Nu verloor zij haar geduld en begon met stemverheffing te spreken en zei dat ik nu moest vertrekken. Deze mevrouw was duidelijk gewend om haar zin te krijgen als ze met een camera ergens aan kwam lopen en ik werd vals.
Ik vroeg haar of zij de productie assistente was. Nee, zij was de productie coördinator. Dat was kennelijk nog belangrijker. Ik vroeg om verduidelijking van haar functie en of zij de verantwoordelijke was die er voor moest zorgen dat de filmploeg ongestoord haar werk kon doen. Dat bevestigde zij. “Dan”, zo zei ik licht uit de hoogte, “begrijp ik niet waarom u niet van te voren contact heeft opgenomen met Rigo, de havenmeester. Dan zouden dit soort problemen voorkomen kunnen worden en zou het forceren van oplossingen overbodig zijn.” Verbeten vertelde zij mij, dat ze afspraken met de dames op kantoor had gemaakt en dat zij een en ander aan Rigo hadden moeten doorgeven. Nu begon ik aan mijn slotoffensief: “Dus u maakt andere mensen verantwoordelijk voor uw werk en als zij hun werk niet goed doen, dan moeten anderen de rotzooi opknappen. U zei dat u eerder hier gefilmd heeft, dan weet u, dat de Marina Manager, de man waar u net tegen stond te oreren, de man is die verantwoordelijk is voor het reilen en zeilen hier in de haven, de man die uw locatie controleert. Dan weet u, dat als u met hem zou hebben gesproken, wij hier niet gelegen zouden hebben. Maar nee, u delegeert dat aan iemand op kantoor en wast uw handen van uw verantwoordelijkheid? AND YOU CALL YOURSELF A PROFESSIONAL? Mevrouw, zodra de autoriteiten geweest zijn vertrekken wij. Eerder niet.”
De mevrouw liep stampvoetend weer naar Rijo, die veel plezier had in de zojuist gevoerde dialoog en haar doorverwees naar kantoor. Natuurlijk bleken er alternatieven te zijn en kon de ploeg gewoon aan het werk. De rest van de middag werden wij getrakteerd op een comedy of errors, waarbij – met veel beschreeuw – een zeiljacht fors werd beschadigd en een stuk van de steiger werd afgerost, omdat het jacht nog ene keer aan de kant moest komen. De coördinerende bitch had een technicus aan de kant laten staan met een kist vol met spullen. We hebben hier foto’s van. Die komen later.
Voor zover wij hebben kunnen zien werd er die middag geen meter film geschoten. We hebben nu een veel beter begrip van het werk van ons nichtje Ellen en van het belang van deze sleutelrol bij het maken van film. Met een beetje goodwill en gezond verstand kan iemand op die plaats heel veel geld besparen en een bijdrage leveren aan de kwaliteit van de productie. De mevrouw die we hier aan het werk zagen kan beter een ander baantje gaan zoeken.
Uiteindelijk kwamen de autoriteiten pas om half vijf aan boord en voeren wij om vijf uur weg. De filmploeg was nog steeds bezig, in een poging om met de laatste restjes daglicht toch nog iets van hun draaidag te redden.
Het werd tijd dat we de D.R. gingen verlaten. Een land waar macho gedrag bij man en vrouw een geaccepteerde norm lijkt te zijn.

Comments { 0 }

Weg uit de Dominicaanse Republiek.

We zijn veel eerder dan gedacht vertrokken uit de Dominicaanse Republiek. We vonden er niets aan. We hebben er natuurlijk wel weer leuke mensen ontmoet en ook positieve dingen beleefd, maar we zullen er weinig over gaan vertellen. We hebben het niet echt een kans gegeven misschien, maar ik kan me nauwelijks voorstellen, dat ons oordeel een andere wending had kunnen nemen. Het contrast tussen arm en rijk is hier obsceen.
We kwamen aan in de marina Zarpar in Boca Chica. Daar is in ieder geval weinig mis mee. Vriendelijke mensen en goede faciliteiten. Zij verzorgen het inklaren, zodat je niet zelf alle instanties hoeft op te sporen en aan te sporen. Voor die dienst brengen ze wel $180 in rekening en daarbij is de onderhandse betaling aan de autoriteiten inbegrepen. Het uitklaren is goedkoop. Dat kostte maar $50.
Op de steiger werden we verwelkomd door de havenmeester, die Nederlands sprak. Rigo heeft 5 jaar in de Bijlmermeer gewoond, nadat hij daar door zijn Duitse werkgever naartoe was gestuurd. Hij verwarde Duits en Nederlands, maar er was goed met hem in de eigen taal te praten. Zijn Engels is uitstekend. Hij vertelde ons, dat er nog een stel Nederlanders in de haven lagen en wees op een oude zestiger jaren Nederlandse mijnenveger van de van Straelen klasse. Hij zou ons ‘s avonds graag bij die mensen introduceren.
We lieten de boot even aan de steiger liggen, terwijl we lekker gingen douchen. Daarna aten we een heerlijke kip bij Teresita, het kleine restaurantje op de marina waar Teresa en een man vanuit hun open keuken een heleboel mensen kunnen verwennen. Na deze verwennerij hadden we het nog goed naar onze zin en verhuisden we in opperbeste stemming de boot naar een mooring. Ankeren is niet alleen niet toegestaan, maar bovendien ook geen praktische propositie. Het is er te klein, te ondiep en – zeker in het weekend – vooral ook veel te druk met allerlei gemotoriseerd en belachelijk hard varend speelgoed, variërend van hele snelle waterscooters tot grote offshore game fishing boten. Bij de Marina Zarpar staan bovendien drie grote stellages waar speedboten en cabin cruisers in worden opgestapeld. Het ziet er allemaal rijk en welvarend uit. Wat een bedrieglijke eerste indruk.
Nadat we naar de lokale supermarkt waren geweest nam Rigo ons mee naar de van Straelen, waar we uiterst hartelijk werden ontvangen door Ben en Ron; twee broers die deze mijnenveger in Suriname of Trinidad hebben gekocht en daar nu mee rondvaren. Ben liet ons vol trots het hele schip van voor naar achteren zien en vertelde over de avonturen, die ze tot nu toe al met dit schip hadden beleefd. Met 33 meter is de van Straelen veruit het grootste schip in de haven en krijgt dan ook heel veel belangstelling, maar daarover later meer. Dit was heel gezellig.
De volgende avond nam Rigo ons – gedrieën op zijn motorfiets – mee naar de lokale visserijhaven, waar de vis aan land wordt gebracht. Daar zijn viswinkels en restaurantjes, waar je heel smakelijk en goedkoop vis kunt eten. Ik bestelde een biertje bij mijn vis en kreeg een literfles Presidente. We mochten overigens van Rigo niet alleen naar deze tent toe lopen. Eigenlijk zei hij dat het volstrekt onverstandig was om na het donker buiten de marina op straat te komen. Dat was eigenlijk het eerste signaal, dat het hier allemaal niet pluis is.
De volgende dag zouden we weer gaan borrelen op de van Straelen, maar dat was geen succes. Ron had ons al gewaarschuwd, dat zij als lokaal superjacht grote aantrekkingskracht hadden op vele vogels van uitermate diverse pluimage. De eerste man die we bij hen aan boord treffen was een Nederlander, die de meest vrouw onvriendelijke taal uitbraakte die je maar kon bedenken. Ik ga verder niet op de onsmakelijke details in, maar het bleek wel, dat seks toerisme een belangrijke rol speelt in de D.R.. Dit leidde tot een dispuut tussen mij en Hanneke, waarbij Hanneke de mannen schuldig achtte, terwijl ik vond, dat de lokale dames zich mogelijk ook wat ingetogener zouden kunnen opstellen. Ik weet nooit wie in dat spel de visser is of de vis die gevangen wordt. Seks is in ieder geval een makkelijke manier om aan geld te komen in een arm land. Toen er vervolgens ook nog een generaal met zijn gevolg aan boord kwam, die vooral moest vertellen over zijn huizen, auto’s en vrouwen hadden we het gezien.
De afgrijselijke armoede kregen we de volgende dag, zaterdag, op een hele duidelijke manier in beeld. We gingen weer naar de supermarkt, dit keer om echt in te slaan. De supermarkt verzorgt dan het vervoer terug naar de marina, maar dit keer zette de chauffeur eerst een lokale man af bij zijn huis. Om daar te komen moesten we door een afzichtelijke achterbuurt, waar de armste huizen nog door hekken en muren omzoomd zijn. De meeste huizen zijn wel begonnen maar nooit afgebouwd. Toch wonen er dan grote hoeveelheden mensen in zo’n ruïne die nooit heel is geweest. Het woord naargeestig schiet tekort. Ik denk, dat het beter is dat de baas van de chauffeur er niet achter komt, dat hij met ons door die buurt is gereden, terwijl de chauffeur het mogelijk wel expres deed. Wij verbaasden ons de rest van het weekend over de decadente taferelen die zich op het water afspeelden en begonnen het weer te bestuderen. We wilden weg hier. Na Cuba, Jamaica en Île à Vache – waar we steeds volop genoten hebben – was dit een dieptepunt, waar je kon zien hoe ongebreidelde hebzucht, materialisme en asociaal kapitalisme toe kan leiden. De D.R. heeft het meeste bedden voor toeristen van alle landen in de Caraïben. Ik neem aan, dat deze toeristen hun resorts als getto’s bewonen en niet echt om zich heen kijken, anders zouden ze nooit terug willen komen. Tenzij het nachtleven de grootste trekpleister is.
Wij zijn op weg naar St. Croix. Even terug naar een vertrouwd eiland waar we in het verleden volop van hebben genoten. Daar zullen we in de prachtige kroeg ‘Angry Nate’ met veel plezier de gore nasmaak van de D.R. wegspoelen.

Comments { 0 }

Isla Beata, Dominicaanse Republiek

20140427-214921.jpg
Dit buitje duurde gelukkig maar 4 min. Tijdens onze oversteek naar Bahia de las Aguilas, waar we na een nacht en een dag kruisen nog net voor donker het anker konden laten vallen. We zijn weer in een nieuw land: de Dominicaanse Republiek. Van Ashley hebben we nog een courtesy vlaggetje kunnen kopen voor $5.

20140427-215219.jpg
We willen in een verlaten baai voor anker gaan en hopen dat deze aankomende bui ons niet inhaalt en dat we er voor donker zullen zijn. Dat lukt net.

20140427-215412.jpg
De volgende dag verwennen we ons zelf met een heerlijk dagje zeilen. Het is maar 20 mijl in vogelvlucht, maar weer tegen de wind in. Dit keer is de zee echter lekker vlak en dat in combinatie met een lekker lopend windje van net windkracht drie maakt van het geheel een feestje. We ronden Cabo Falso, die prachtige kleuren heeft.

20140427-215637.jpg
Als we dan de volgende dag voor Isla Beata liggen, komen er fregatvogels boven ons cirkelen. Meestal vliegen ze te hoog, maar dit keer komen ze dichtbij. Het kan en zal nog beter. Het zijn majestueuze vogels.

20140427-215805.jpg
Er komt een gemotoriseerde vissersboot aan met 3 man erin. Het welkomstcomité bestaat uit de commandante van het oorlogsministerie en nog iemand. De derde is de kapitein van de boot en als de anderen bij ons aan boord stappen, blijft hij op zijn boot passen. Hij is hoogst beledigd als Pim er een stootkussen tussenhangt, want hij is erg trots op zijn rubber berghout.
De heren hebben een klein schoolschriftje bij zich, waarin we zelf onze bootnaam en paspoortnrs. moeten schrijven. Ze verkopen ons ook deze inhoud van een Conchschelp tegen wat rumflesjes. Ondanks het feit dat we de aanwijzingen voor het bereiden goed opvolgen, is deze ‘Lambi’ niet te eten, alsof je rubber eet, zo springen je kaken weer uit elkaar na erin gebeten te hebben. Ons prachtige visboek van Rick Stein heeft ons hier niet kunnen helpen. Hij houdt kennelijk niet van conch. Toch hebben we het al een paar keer heel smakelijk gegeten.

20140427-220453.jpg
We volgen met Klontje naar de kant nu het nog licht is.

20140427-220655.jpg
Het eiland heeft een grote en zwaar beschermde populatie Iguanas.

20140427-220844.jpg
Er zijn er veel. Voor een filmpje ervan moet je maar even naar het hoofdstuk Video’s kijken in de bovenbalk. Er werd net iets eetbaars naar ze gegooid, wel grappig om te zien.

20140427-221109.jpg

20140427-221205.jpg
Er verblijven op dit eiland meestal tot zo’n drie honderd vissers, die hier overigens niet echt wonen. Omdat het Pasen is, zijn de meesten naar het vasteland van de DR om het feest thuis te vieren.

20140427-221410.jpg
Deze hut heeft zelfs een porch.

20140427-221532.jpg
Een ingenieuze manier om regenwater op te vangen.

20140427-221654.jpg
Iemand heeft zelfs een tuintje aangelegd.

20140427-221819.jpg
Dit is een kookhut, eigenlijk net zoals op Île à Vache 130 NM westwaards.

20140427-222136.jpg
Gekken en…….

Comments { 0 }