Vanmorgen om half zeven zijn we vertrokken uit Salt Cay. Best wel spijtig.
We ontmoetten gisteren weer wat mensen die een tweede huis op Salt Cay
hebben. Er zijn ongeveer 25 huizen, die zo bewoond worden. We hebben drie
eigenaren ontmoet. Ze hebben verschillende redenen om daar te zijn. David
houdt enorm van vissen, Philip vliegt er graag met een van zijn eigen
vliegtuigen naartoe en van de leukste van het stel zijn we helaas de naam
vergeten. Het is een New England Amerikaan die in Parijs woont. Hij zoekt er
vooral de rust en de eenvoud. Als zijn vrouw, een fotografe die een boek
over het eiland heeft gemaakt, er niet was geweest, was de verkoop aan de
Slovenen, die het hele
eiland lock, stock and barrel van de vorige corrupte regering hadden
gekocht, waarschijnlijk wel doorgegaan. Zij kreeg het echter op de “rol” bij
het Britse Lagerhuis, waardoor er ingegrepen werd. Uiteindelijk schijnt er
met de Slovenen een deal gemaakt te zijn, dat als zij alle aanspraken
opgaven
en zich nooit meer zouden laten zien, de Engelsen er geen werk van zouden
maken. Dat schijnen de Slovenen zo geaccepteerd te hebben.
We werden uitgenodigd voor sundowners bij Philip, maar we besloten, dat het
niet verstandig zou zijn en bedankten. Hanneke heeft nog een hele tijd
zitten praten met Debbie, die een winkeltje, het restaurant, Salt Cay Divers
en een mini resortje runt. Ze is wel zo’n beetje de bazin op het eiland,
hoewel Tim, van het Witte Huis, daar misschien anders over denkt. We moesten
een beetje een keuze maken. We moeten of donderdag het land uit
zijn of we moeten een cruising permit voor $300 kopen. Pim wil echter werken
aan zijn website die de lucht in moet en dat gaat hiervandaan niet echt
lukken. Voor het internet zou hij afhankelijk zijn van het terras van
Debbie, maar juist daar strijkt Philip rond een uur of drie neer om daar
zijn twee kolossale Margaritas te drinken en met wie dan ook, Pim dus, te
gaan praten. Dat je ,met een open Mac voor je neus zat te werken weerhoudt
hem niet. Hij legt dan wel uit dat de PDA toch wel een erg grote invloed
heeft op het sociale gedrag van mensen. We praten niet meer met de mensen om
ons heen, maar doen vingeroefeningen met de mensen op afstand. Pim begon
niet te sms’en toen hij er al zat, maar hij zat te werken. Het was
natuurlijk wel gezellig en leerzaam om met de man te praten.
Eerder op de middag was Lionel langsgekomen. Lionel hadden we voor het eerst
ontmoet toen we aankwamen op Salt Cay. Hij vertelde toen al, dat hij
minstens vijf keer als bemanning van een supertanker in Rotterdam was
geweest en dat hij Holland prachtig vond. Dat verhaal vertelde hij ons ook
de volgende dag om 10 uur, na onze eerste duik, met een biertje in de hand
en toen hij die middag weer in de kroeg kwam vertelde hij het hele verhaal
voor de derde keer. Dit keer niet aan Pim, maar aan de mensen om ons heen,
die het ook allemaal moesten horen.
Op Salt Key werken gaat niet werken.
Het volgende alternatief is Providenciales, het drukste eiland van Turks en
Caicos. Als je van resorts houdt, dan is dat echt iets om uit te checken.
Voor ons geldt dat echter niet en we geven er dan waarschijnlijk ook de
voorkeur aan op tijd het land te verlaten en naar de Bahama’s te gaan. Ook
daar moeten we waarschijnlijk een dure cruising permit kopen, maar
vermoedelijk hebben we dan wel iets meer faciliteiten. De website
www.demachtvantien.nl krijgt nu de voorrang.
We schrijven dit op weg naar French Cay. Dat schijnt het juweeltje van T&C
te zijn wat betreft snorkelen en duiken en dat willen we niet missen. Dan
kunnen we ook de onderkant van de boot weer een keer goed schoon maken, want
dat is echt nodig. Er moet nodig nieuwe anti fouling op. Dat is aan de
vroege
kant, maar er zaten maar twee lagen op. We gaan kijken of dat voor een
schappelijke prijs op de Bahama’s kan of dat we dat in Florida moeten doen.
We willen het werk zelf doen, maar daarvoor moet Nelly Rose een paar dagen
de kant op. Bovendien moeten we het goede spul eerst zien te bemachtigen.
Op French Cay is helemaal niets of niemand, vandaar dit bericht via de
sateliettelefoon. We gaan morgenavond of donderdagmorgen vroeg door naar
Provo, zoals intimi Providenciales noemen. Daar gaan we weer voor een dag of
tien voer inslaan en dan verder naar het noord-westen. We gaan onszelf dan
voortdurend voorhouden, terwijl we vlak langs Cuba varen, dat we daar
volgend jaar naartoe gaan. Nu eerst de website.
Recent Comments