Even een update zonder foto’s. We hebben het laatste blog uit Rockland nog
niet kunnen uploaden, maar zijn daar inmiddels wel vertrokken. We hebben een
tussenstop gemaakt op Isle au Haut. Je wilt niet weten hoe de Amerikanen dat
uitspreken, maar het klinkt als Ajlaho. Dat zou ook leuk geweest zijn, maar
het duurt nu toch even, voordat je het op de kaart teruggevonden hebt. Het
was niet het oorspronkelijke plan, maar we vinden het er niet minder mooi
om. Wat een verstilde schoonheid. Al op een paar mijl voor de kust kun je de
geur van de pijnbomen ruiken. Je weet dan, dat er iets moois komt, ook al
kun je dat op dat moment nog niet zien vanwege de mist. En het was gisteren
mistig.
We waren om 7 uur begonnen om ons klaar te maken voor de tocht naar Mount
Desert Island. De hoezen van de zeilen, de motor aan de reling en de dinghy
aan dek en een generale check of alles er nog is wat er moet zijn, vast zit
wat vast moet zitten en meer van dat soort zaken. Dan nog een ontbijt en we
gaan toch niet weg. Het zit ineens potdicht met mist. We kunnen de
Nederlandse Albatros en de Belgische Like Dolphins, die op minder dan
honderd meter van ons liggen, nog maar net ontwaren. We zouden vandaag 40 of
50 mijl moeten varen. Vijftig mijl als we ‘buitenom’, over zee, zouden gaan
en veertig als we kruip door sluip door tussen de eilandjes door zouden
gaan. Dat laatste zien we helemaal niet zitten met dit zicht, maar we vinden
het jammer om al het moois te missen. We besluiten om het aan te kijken en
uiterlijk om 10 uur een beslissing te nemen. Het is iets beter, maar nog
steeds niet best om 10 uur, maar dan komt de Albatros langszij en zegt, dat
zij gaan tanken. Als het zo blijft als het op dat moment is, gaan zij
verder, maar slechts tot halverwege, tot Isle au Haut. Daar hadden wij nog
niet aan gedacht, maar dat is natuurlijk een goed alternatief. We besluiten
hun voorbeeld te volgen.
We gaan anker op en varen de haven van Rockland uit. Daar komen nog een paar
mooie foto’s van, met een visserman die omzwermd door meeuwen langs de
vuurtoren vaart en een schoener die naar buiten zeilt. Dat was dan ook al
snel het laatste wat wij nog zagen, want het klapte volledig dicht. De radar
moest aan, Hanneke speelde op de scheepstoeter en hield een waakzaam oog op
de krankzinnige hoeveelheden vissersboeitjes. Pim slalomde op haar
aanwijzingen daar doorheen terwijl hij wijs probeerde te worden uit de
stipjes op de radar. Een vissersbootje geeft nauwelijks een echo en zo’n
grote houten schoener al evenmin. Er is nauwelijks wind, maar toch zeilen
die schoeners door de mist. Ook daar komen foto’s van. Zo dicht kwamen we
bij elkaar.
Net voordat we tussen Vinal Haven Island en North Haven Island doorvaren
breekt het volledig open en gelukkig maar. Niet vanwege de scheepvaart, dat
ging eigenlijk allemaal redelijk goed zo. Het verbaast ons wel, dat
bijvoorbeeld die schoeners geen AIS hebben, maar dat terzijde. Met de
moderne techniek van de GPS en de radar als aanvulling op de sinds jaar en
dag beproefde hulpmiddelen zoals een waakzaam oog en oor samen met de
scheepstoeter kwamen we goed vooruit. Het was wel inspannend, maar we waren
vooral blij, dat het openbrak, omdat we het zicht op die passage nooit
hadden willen missen. Zoals het plaatsje North Haven daar aan die doorgang
ligt is meer dan een plaatje waard. Die plaatjes komen dan ook nog.
Het bleef een tijdje helder, maar uiteindelijk kwam de mist toch weer terug,
zodat we Isle au Haut eerder roken dan zagen. Een aparte gewaarwording. We
vinden het hier zo mooi, dat we hier een dagje blijven liggen. We hebben nog
steeds geen haast. We hoeven pas op 10 augustus weer terug te zijn in
Rockland.
Recent Comments