Wijlen onze zwager Jan zou genieten van deze geologische formaties. Wij vonden ze in ieder geval ook indrukwekkend.
Dit is een spectaculaire blowhole, waar het water door een gat in de rotsen meters omhoog wordt geperst.
Prachtige terrassen, waar het water dan overheen schuift.
Deze vuurtoren staat aan de noordkant van Bonaire.
Dit is een oud landhuis gelegen aan een natuurlijke inham. Het is gebouwd in 1868. De naam is een verbastering van ‘slachtbaai’. Vroeger werden hier geiten geslacht en gezout om daarna naar Curacao te worden vervoerd. Later alleen het zout zelf.
Als het water verdampt blijft het zout achter, dat kun je hier goed zien.
Het zijn harde brokken.
De omgevallen oude cactussen zijn wel hol.
We gaan lunchen in Rincón, waar deze vriendelijke mevrouw aan het werk is.
De honden horen hier bij mensen. We hebben nauwelijks zwerfhonden gezien zoals op andere eilanden.
Op aanraden van andere Nederlanders, die hier ieder jaar terugkomen, besluiten we om Geitestoof te eten. Die Nederlanders zijn van het soort dat kieuwen probeert te groeien. Ze liggen het grootste deel van de dag onder water op een van de bijna 100 duikplekken aan de westkust en rondom Klein Bonaire. Voor hen is het hier een waar Mekka en ze hadden gelijk. De geitenstoof blijkt inderdaad heerlijk te zijn.
We zijn weer terug in Kralendijk, een verbastering van Koralendijk.
De volgende ochtend komen we bij de heel goedkoop gehuurde rent-a-wreck en helaas blijken we een lekke band te hebben. De krik blijkt te klein te zijn, maar de man van wie we de kar gehuurd hebben, komt na een halfuur aan met een grotere krik, zodat we weer verder kunnen.
We komen hem later weer tegen in Jibe City, want er is daar een mooi concert van een band uit Curacao, waar we van genieten. Het is een coverband en ze spelen ook heel goed nummers van ‘De Dijk’.
Recent Comments