We gingen op weg naar Makemo. De pas daar liet zich moeilijk bedwingen en toen we na een aantal pogingen er eindelijk doorheen waren beviel het ons helemaal niet en maakten we meteen rechtsomkeert. Het dorpje ligt namelijk aan lagerwal en bij springtij biedt het atol nauwelijks bescherming tegen de elementen. Het had ons bijna een uur gekost om in het atol voor het dorp te komen en we voeren in vijf minuten met tien knoop snelheid weer buiten! De stroom in de pas blijft bij springtij en harde wind naar buiten staan ook na de eb. Je zou dan verwachten dat het atol weer gevuld moet worden maar omdat het atol bij springtij gevuld wordt over de rand aan de oostzijde , waar ook de wind vandaan komt, blijft het in de pas hard tegenstromen. Echt een plekje voor rustig weer dus en dat was het niet. We zijn dus nog maar een nachtje doorgevaren naar Fakarava. Daar was de pas een eitje en werden we verwelkomt door hele grote zwermen vogels. Als de zwermen niet uit duizenden vogels bestonden dan in ieder geval uit vele honderden. Zij waren met een hele school manta roggen in de ingang van de pas aan het voeden. Een spectaculair gezicht, waar we dit keer gewoon ongestrest van konden genieten. Fotografische indrukken volgen te zijner tijd.
Recent Comments